Artikel in Rotary magazine augustus 2018

door Lex Passchier

‘Elk clublid is nu eigenaar van een project’

VERNIEUWING

Van grote avenue-commissies naar projectgroepen van maximaal drie leden

WAAROM

Meer dynamiek in de club

RESULTAAT

Iedereen actief, projecten sneller van de grond, vijf nieuwe leden

WAAROM

Clubvoorzitter Lex Passchier: ‘Meer dynamiek in de club, dat wilde ik bereiken in mijn voorzittersjaar. We hadden tot dan toe een traditionele avenuestructuur. Onze commissies waren vrij log: met zo’n acht of soms meer commissieleden schakelde het traag en projecten kwamen niet altijd makkelijk van de grond. Leden voelden zich niet in dezelfde mate verantwoordelijk. Ik wilde graag dat iedereen een bijdrage leverde. Natuurlijk, de een zet zich meer in dan de ander, maar bij ons was het in de loop der jaren toch wat scheefgegroeid. Als voorzitter hamer ik niet op attendance. Ik zie liever dat leden actief en betrokken zijn dan dat ze alleen maar aanwezig zijn op de clubavond, maar verder weinig toevoegen. Onze club is redelijk jong en iedereen werkt hard. Flexibiliteit in lidmaatschap, attendance en organisatie is daarom nodig om Rotary aantrekkelijk te houden.’

VERNIEUWING

‘In aanloop naar mijn voorzittersjaar heb ik met alle leden gesproken. Wat voor ideeën leven er? Er zijn altijd leden die wat ondergesneeuwd raken, maar wel met fantastische ideeën rondlopen. Uit die gesprekken kwam enorm veel input. Als iemand een plan opperde, vroeg ik gelijk: wil jij dan ook de kar trekken? Dat motiveert, helemaal als leden zelf kunnen kiezen wie ze erbij willen. Projectgroepjes bestaan uit niet meer dan drie leden. Alleen dan blijven de lijnen kort en worden plannen snel in acties omgezet. Door iedereen te verdelen over projecten en die op veel kleinere schaal te organiseren, nam de betrokkenheid al snel toe. De traditionele commissies hebben we opgeheven. Vaak was het zo dat leden pas halverwege het jaar ontdekten in welke commissie ze zaten, dat werkt niet.’

RESULTAAT

‘Met die nieuwe structuur werd iedereen ‘eigenaar’ van een project. Ook ontstond er meer dynamiek. Projectgroepjes zagen andere groepen hard hun best doen. Dat stimuleert om ook zelf de handen uit de mouwen te steken. Door die korte lijntjes zijn er heel snel mooie dingen ontstaan. Het mooiste resultaat is misschien wel dat we twee statushouders uit Syrië en Iran als stagiair aan onze club hebben verbonden. Sinds januari draaien ze met ons mee. Zij vertellen ons hun levensverhaal, wij proberen ze aan het werk te helpen en bieden een sociale omgeving. We hebben deze mannen echt in ons hart gesloten. Een ander projectgroepje is aan de slag gegaan met ledenwerving. We wilden minder afhankelijk worden van ons eigen netwerk en Rotary zichtbaarder maken. Op de open avond in oktober kwamen veel mensen af. Tot nu toe zijn er dit jaar vijf nieuwe leden bijgekomen. Een paar andere leden organiseerden drie Lijf & Leden-avonden. Zo zijn we naar de sportschool gegaan om letterlijk aan ons lijf te werken. Andere avonden gingen over voeding en stressvermindering. Er zijn debatavonden gehouden, bijvoorbeeld over de sleepwet, en we zijn gaan kijken hoe er in de Haarlemmermeer gebouwd, gewerkt en geleefd wordt. Met kerst hebben we een musical op poten gezet met twaalf verstandelijk beperkten, een aantal eigen leden speelde ook mee. Persoonlijk geloof ik dat als je iets doet wat je gevoel beroert, de betrokkenheid toeneemt. Zo’n musical raakt iedereen, net als de komst van de statushouders in onze club. Projecten hoeven niet groots en meeslepend te zijn. Kleinschalige initiatieven vanuit het hart zijn vaak net zo effectief en maken misschien wel een blijvender indruk. Op de mensen voor wie je het organiseert, maar ook op de club zelf.’

Ook clubleden speelden mee in de musical

Lijf & ledenavond